Deel 4 De geschiedenis van Nederland van 1795 tot 1840

De Franse tijd betekende voor de zeven gewesten in feite het einde van de gewestelijke autonomie. Nadat de Fransen Nederland hadden veroverd gingen ze over tot een gecentraliseerd bestuur waardoor Nederland in feite een eenheidsstaat werd. De eeuwenlange gewestelijke autonomie hield op te bestaan en dat hield in dat voortaan het land vanuit Den Haag zou worden bestuurd. Zo ontstond er een grondwet waarin eens en voor altijd het centrale bestuur van ons land werd vastgelegd. Dat dit niet altijd lukte bleek wel uit het feit dat in 1798 nog een staatsgreep plaatsvond door het Franse leger. In 1806 besloot Napoleon van Nederland een koninkrijk te maken en maakte zijn broer Lodewijk Napoleon koning. Toen deze naar de zin van Napoleon te geliefd werd besloot Napoleon in 1810 Nederland als provincie bij Frankrijk te voegen. Na de uiteindelijk nederlaag van Napoleon zou de zoon van stadhouder Willem V Koning worden van de Verenigde Nederlanden en de Restauratie gestalte geven. Uiteindelijk scheidde België zich in 1839 af en in 1840 werd koning Willem II de opvolger van koning Willem I.
Inval in de Republiek: begin Franse Tijd
u In Frankrijk leidde de nieuwe denkbeelden tot de Franse Revolutie in 1789. Frankrijk begon de revolutie in Europa te verspreiden en verklaarde de oorlog aan Engeland en de Republiek. Dat leidde in 1794 tot de inval in de Republiek. De Patriotten die eerder naar Frankrijk waren gevlucht keerden nu terug. Zij namen de macht over van de prinsgezinden regenten. Stadhouder Willem V vluchtte op 18 januari 1795 naar Engeland. In 1795 werd de Republiek door Frankrijk erkend als een onafhankelijke staat. Maar in de praktijk werd de Republiek van Frankrijk afhankelijk.
Nederland werd Bataafse Republiek
u Op 18 januari 1795 nam een revolutionair comité geleid door Rutger – Jan Schimmelpenninck het bestuur van Amsterdam over.
u Eerste daad was de proclamatie van de rechten van de mens en burger.
u De Republiek werd onder de voet gelopen en de Fransen namen de Patriotten die gevlucht waren mee terug naar de Republiek en installeerden een nieuwe regering.
u Dit wordt de Bataafse evolutie genoemd. Nederland heette voortaan de Bataafse Republiek.
'Verklaring voor de rechten van de Mens en Burger'
u In alle gewesten werden de 'Verklaring van de Rechten van de Mens en Burger' afgekondigd.
u Er kwam een definitieve scheiding van Kerk en Staat.
u Mannelijke staatsburgers die zich akkoord verklaarden met het beginsel van Volkssoevereiniteit kregen kiesrecht (armen werden uitgesloten). Uiteindelijk werd zo de Nationale Vergadering gekozen die op 1 maart 1796 bijeenkwam. Maar men werd het niet eens over de inhoud van de grondwet. Er was ook onenigheid over wie er stemrecht moest krijgen en welke staatsvorm er moest komen.
u Dat leidde tot een staatsgreep door de Franse troepen waardoor de voorstanders van de eenheidsstaat de macht in handen kregen.
Bataafse Republiek
u In 1798 kwam de eerste grondwet tot stand, de 'Staatsregeling'. Uitgangspunten daarvan waren:
u gelijkheid voor alle burgers;
u scheiding van de machten in een wetgevend een uitvoerende macht;
u de onafhankelijkheid van de rechtelijke macht.
Bataafse Republiek werd een eenheidsstaat
u Alle rechtsregels zouden in het hele land gelden. De Republiek was nu zowel een eenheidsstaat als een rechtsstaat. Dat had grote gevolgen: Steden verloren hun stadsrechten en op het platteland verloren de edelen hun 'heerlijke rechten'.
u Uitgesloten van het kiesrecht werden vrouwen, analfabeten en politieke tegenstanders. Daarnaast moesten kiezers financieel onafhankelijk zijn. De Staatsregeling werd in 1801, na een nieuwe staatsgreep buiten werking gesteld. In een nieuwe grondwet werd de positie van de Nationale Vergadering verzwakt waardoor de kortstondige 'democratie' eigenlijk voorbij was.
Waaruit blijkt dat het begrip 'democratie'in de eenheidsstaat die in 1798 ontstond een andere inhoud had dan tegenwoordig?
Dat blijkt vooral uit het feit dat weliswaar in beginsel iedereen die ouder was dan 20 jaar en die langer dan 10 jaar in de Republiek woonde stemrecht had, maar dat dat niet gold voor:
u degenen die weigerden te verklaren dat ze tegen de stadhouder en tegen het federalisme waren;
u dienstboden, bedeelden en degenen die bankroet waren gegaan;
u vrouwen.
Dat vrouwen geen stemrecht hadden, werd zelfs zo vanzelfsprekend geacht dat het niet apart in de grondwet werd vermeld.
Bataafse Republiek in 1798 en 1802
Versteviging macht Frankrijk
u Toen Napoleon in 1799 aan de macht was gekomen verstevigde hij zijn greep op de Bataafse republiek en het bestuur daarvan kwam in 1805 in handen van raadspensionaris Rutger-Jan Schimmelpenninck.
u Door een wijziging in de grondwet hoefde hij zich niet meer te verantwoorden tegenover het parlement.
u De nieuwe grondwet droeg bij aan de ontwikkeling van Nederland tot een natiestaat: alle burgers waren voor de wet gelijk en het bestuur was centraal geregeld. De raadspensionaris kon besluiten van gewestelijke staten ongeldig verklaren. De invoering van een nationaal belastingstelsel, waardoor er een eind kwam aan de tolgrenzen bevorderde dat ook nog eens.
u De bevolking van de Bataafse Republiek nam toe van 1.880.000 in 1795 tot 2.178.000 in 1806.
De Bataafse Republiek wordt een Koninkrijk Holland onder leiding van Lodewijk Napoleon, broer van Napoleon
u In 1806 maakte Napoleon een definitief einde aan de Bataafse Republiek en ontstond het koninkrijk Holland onder leiding van de broer van Napoleon, Lodewijk Napoleon. Koning Lodewijk napoleon voerde veel van de plannen uit die door Schimmelpenninck al waren bedacht.
u Er kwam een codificatie, nieuwe wetgeving voor het hele land;
u Rechters mochten voortaan alleen maar op grond van deskundigheid worden benoemd;
u Het Rijksmuseum, Nationaal Archief en de Nationale Koninklijke Bibliotheek werden opgericht.
u Door zijn optreden bij nationale rampen, zoals de ontploffing van een kruitschip in Leiden, verkreeg hij van de bevolking veel sympathie.
1810 Koninkrijk Nederland werd provincie van Frankrijk
Acte van 1810
u Napoleon zag dit argwanend aan en besloot in 1810 Nederland als provincie bij Frankrijk te voegen. Dat betekende dat hier de Franse wetgeving, de Code Civil werd ingevoerd. Hierbij werd in ons land het naamrecht en de burgerlijke stand ingevoerd. Ook werd bepaald dat rechtspraak voortaan openbaar zou zijn. De Code Civil werd in 1838 vervangen door het Nederlandse Burgerlijk Wetboek.
Nederland een Franse provincie 1810-1813
u Napoleon benoemde een Gouverneur Generaal, Amsterdam werd tot 3e hoofdstad van het Franse Imperium geproclameerd en Java ( het hart van het Nederlandse koloniaal Imperium) werd door een Engelse expeditie bezet.
u Nederland moest flink meebetalen aan de oorlogen die Napoleon voerde. Vooral omdat men per hoofd van de bevolking 40 franken belasting moest betalen tegen de Fransen zelf maar 15. Het Continentaal Stelsel was voor Nederland zeer ongunstig ( in 1785 kwamen nog ruim 4000 schepen onze zee havens binnen in 1811 waren het er slechts 11 en miste Nederland inkomsten uit de koloniën.
u Verder voerde Napoleon de dienstplicht in (1811). Niet minder dan 15.000 Nederlanders trokken met Napoleon in 1812 mee naar Rusland. Het waren maar weinig soldaten die dit avontuur konden navertellen. (slechts 2 á 3% keert terug)
u In 1813 verklaarden de Hollandse departementen zich onafhankelijk van Frankrijk.
u Van Hogendorp en van der Duyn van Maasdam nemen voorlopig het Algemeen Bestuur op zich.
u Verder voerde Napoleon de dienstplicht in (1811). Niet minder dan 15.000 Nederlanders trokken met Napoleon in 1812 mee naar Rusland. Het waren maar weinig soldaten die dit avontuur konden navertellen. (slechts 2 á 3% keert terug)
u In 1813 verklaarden de Hollandse departementen zich onafhankelijk van Frankrijk.
u Van Hogendorp en van der Duyn van Maasdam nemen voorlopig het Algemeen Bestuur op zich.
Indeling Franse Tijd 1795-1813
u 1795 - 1806 Bataafse Republiek
u 1806 – 1810 Koninkrijk Holland onder Lodewijk Napoleon
u 1810 – 1813 Provincie van Frankrijk
Territoriale verliezen Bataafse Republiek en Koninkrijk Holland
Welke rol heeft G.K. van Hogendorp gespeeld in de wijze waarop Nederland in 1813 een koninkrijk werd?
u De uit elitekringen afkomstige G.K. van Hogendorp was tijdens de Bataafs-Franse tijd steeds Oranjegezind gebleven; hij was overtuigd van de kwaliteiten van de staatsstructuur van de oude Republiek, maar vond wel dat de prins meer macht moest hebben om het volk te beschermen tegen corrupte regenten en dat er een grondwet moest zijn.
u Hij had gedurende de Bataafs-Franse periode een `Schets' voor een nieuwe grondwet voor Nederland ontworpen voor als de prins zou zijn teruggekeerd. Hij bewerkstelligde dat Nederland zichzelf in 1813 weer onafhankelijk verklaarde, nog voordat de tegen Napoleon verbonden legers van de grote Europese mogendheden de Fransen hadden overwonnen, en hij nam het initiatief om de prins van Oranje naar Nederland terug te halen om hem de soevereiniteit aan te bieden.
u De nieuwe vorst nam de door Van Hogendorp gemaakte `Schets' wel als uitgangspunt voor een nieuwe grondwet, maar hij nam in de commissie die deze nader moest uitwerken ook twee oud-revolutionairen op. Die moesten waken tegen een herstel van de oude provinciale vrijheden en voor het behoud van de maatregelen waarmee tussen 1806 en 1813 de eenheid was versterkt. De prins was 'patriots' geworden, zoals tijdgenoten zeiden.
Het Congres van Wenen voegde in 1815 de Zuidelijke Nederlanden bij de Noordelijke Nederlanden
u Op het Wener Congres (1814-1815) werd de toestand hersteld zoals die was voor de Franse Revolutie. Bindmiddel van deze restauratie was het legitimiteitsprincipe. De belangen van de vorst (vorstensoevereiniteit) gingen boven die van het volk (volkssoevereiniteit, nationalisme). Ook hield de vorst weinig rekening met de liberale wensen van de gegoede burgerij. De Grote Alliantie moest er voor waken dat de herstelde oude orde niet werd Het huidige België werd bij Nederland gevoegd om zo een extra buffer tegen het expansionistische Frankrijk te creëren.
u De zoon van stadhouder Willem V werd koning Willem 1 van de Nederlanden.
Verenigd Koninkrijk der Nederlanden
Het Weense Congres besloot tot het maken van het Koninkrijk van de Nederlanden, door de voormalige Republiek en de voormalige Habsburgse Nederlanden samen te voegen. Dit o.a. om een sterke staat tegen Frankrijk te creëren. Aan het hoofd ervan zou het Huis van Oranje staan. Hoofdsteden werden Amsterdam en Brussel. De gecombineerde Nederlanden hadden een bevolking van 5,5 miljoen waarvan in het zuiden 60% leefde. In de Staten Generaal waren Noord en Zuid ieder voor de helft vertegenwoordigd. De grondwet van 1815 ging uit van gelijkwaardigheid van elk geloof.
Wat vond de bevolking van Noord en Zuid van de vereniging van beide gebieden tot één staat?
u In het Noorden heerste over het algemeen onverschilligheid over de samenvoeging, behalve bij enkele politici rond Willem I die enthousiaste voorstanders waren. In het Zuiden had een enkel lid van de Zuid-Brabantse adel in de jaren tachtig van de achttiende eeuw wel eens geijverd voor aansluiting bij Nederland, in reactie op een steeds verder gaande aantasting van de oude rechten van de provinciale staten vergaderingen door de Oostenrijkse keizer. Daar was toen ook wel enige aanhang onder de bevolking voor geweest. Maar in 1815 had de rooms-katholieke bevolking toch liever de terugkeer van een rooms-katholieke Oostenrijkse keizer gezien dan de komst van een protestantse Noord-Nederlandse koning.
u Sommige fabrikanten en kooplieden in het Zuiden voelden echter wel voor de unie met het Noorden, omdat ze verwachtten dat die economisch gunstiger zou zijn dan terugkeer onder Oostenrijk.
Koning Willem I 1815-1840
u Willem I regeerde als een neo - absolutist. Nederlands werd geïntroduceerd als de taal terwijl de inwoners van Wallonië er tegen waren.
u Het belastingsysteem uit het Noorden werd ook doorgevoerd in het Zuiden, hetgeen een verzwaring voor het Zuiden betekende.
u Willem I droomde van de Nederlanden als een economische macht, de economie van het Noorden gebaseerd op de handel, die van het Zuiden op de industrie.
u Nieuwe kanalen werden aangelegd, de meeste in de Zuidelijke Nederlanden, om de economie een steun in de rug te geven. In 1814 werd de Nederlandse Bank opgericht. In 1827 sloot de Nederlandse regering een Concordaat met de Paus en nieuwe bisdommen werden opgericht(Amsterdam, Brugge en Den Bosch)
u De zuidelijke provincies, katholiek, Frans sprekend, zetten steeds meer vraagtekens bij de regering van Willem I. Zelfs de taalkundige gelijkenis van Vlaanderen met de Noordelijke Nederlanden kon dat niet verhinderen. Liberalen keken naar Frankrijk dat in 1830 de Bourbon dynastie hadden laten verdwijnen. Ze wilden af van een neo - absolutistische koning.
u In 1830 ontstond er in Brussel een revolutie gericht tegen Willem I.
Afscheiding van België in 1939
u Dankzij de steun van de arbeidersmassa kon de burgerlijke revolutie van augustus slagen. Willem I reageerde met een invasie (1831) van de Zuidelijke Nederlanden Toen ook nog Frankrijk onder de leiding van de nieuwe Franse koning Louis Philippe de Zuidelijke Nederlanden te hulp schoten en de Britse Lord Palmerston besloot de Belgische onafhankelijkheid te steunen bleek België voor de Noordelijke Nederlanden verloren.
u De Belgen besloten een liberale grondwet op te stellen die een voorbeeld zou worden voor andere Europese landen.
u De definitieve scheiding werd in het verdrag van Londen van 1939 een feit.
Willem I regeerde bij Koninklijk Besluit
u Er kwam ook een nieuwe grondwet, maar wat daarbij opviel was de grote macht van de koning. De Staten-Generaal werd gesplitst in een Eerste Kamer een Tweede Kamer. De leden van de Eerste Kamer werden door de koning benoemd en bestond uit leden van de adel. Ook de Tweede Kamer was geen echte volksvertegenwoordiging omdat de samenstelling ervan plaatsvond via de provinciebesturen, waar alleen rijke mensen zitting in konden nemen, die de leden van de Tweede Kamer kozen. We noemen dat getrapte verkiezingen.
u Het parlement had dus onder koning Willem I weinig macht, maar leden van de Tweede kamer hadden wel het recht van initiatief: zij konden wetsvoorstellen doen, maar de koning kon die naast zich neerleggen. De koning kon een Koninklijk Besluit nemen, waardoor buiten de beide kamers om hij besluiten kon nemen. De koning benoemde ministers naar eigen inzicht en waren alleen aan hem verantwoording schuldig. De koning bepaalde de buitenlandse politiek, het beleid ten aanzien van de koloniën en het bestuur over het leger en de vloot. Hij oefende ook invloed uit op de benoeming van rechters
u Er was dus geen sprake van een scheiding der machten (trias politica) en het begrip volkssoevereiniteit stelde dus niet veel voor. Dit paste in de periode van restauratie na de val van Napoleon.
Tweede Kamer dwong de koning akkoord te gaan met twee aanpassingen:
u ministers werden voortaan strafrechtelijk verantwoordelijk. De Hoge Raad zou bij vervolging als rechtbank gelden.
u Iedere wet zou voortaan ook moeten worden voorzien van de handtekening van de verantwoordelijke minister. We noemen dat het contraseign.
u Voor Willem I was dat onacceptabel. Hij wilde als enige de wetten ondertekenen. Hij trad af en Willem II volgde hem op.
Aftreden koning Willem I in 1840
u Ondanks de inspanningen van Willem I bleef het met de economie slecht gaan en was vooral een sanering van de staatsfinanciën noodzakelijk. Nederlands kapitaal was er voldoende, maar werd in het buitenland geïnvesteerd.
u Willem I trad in 1840 af omdat hij met een katholieke dame, gravin d' Oultremont, trouwde. Onder het bewind van Willem II (1840-1849) werden de rijksfinanciën inderdaad gesaneerd, overigens mede dank zij het feit dat het cultuurstelsel vruchten begon af te werpen. Er werd gebroken met de mercantilistische politiek van Willem I en overgegaan op het bevorderen van de vrijhandel.
Dit is het einde van deel 4.
Zie voor deel 5: