Lucia de Berk deel 14
Persberichten 20 augustus 2004 t/m 15 maart 2006
|
|||
Twijfels in zaak Lucia de B. genegeerd De bewijsvoering tegen Lucja de B. is correct geweest, zegt de Hoge Raad. Maar een arts en een hoogleraar filosofie weten zeker dat ze onschuldig is. Wat kunnen ze nog doen? Door onze redacteur JANNETJE KOELEWIJN in NRC 14 maart 2006 AMSTERDAM, 14 MAART. Een dik boek wordt het, 250 pagina's. Maar dan, denkt Ton Derksen, heeft hij alle argumenten gegeven waarom Lucia de B. geen moordenares kan zijn en ten onrechte door het hof in Den Haag is veroordeeld tot levenslang en tbs met dwangverpleging. Vanmiddag heeft de Hoge Raad, het hoogste rechtscollege in Nederland, gezegd dat de zaak tegen Lucia de B. gedeeltelijk moet worden overgedaan door het gerechtshof in Amsterdam. Niet omdat de bewijsvoering tegen haar ondeugdelijk is geweest, maar omdat levenslange gevangenisstraf in combinatie met tbs niet kan. Lucia de B. blijft in de gevangenis. Ton Derksen, wetenschapsfilosoof en hoogleraar in Nijmegen, is ervan overtuigd dat alle rechters die over Lucia de B. hebben geoordeeld zich vergissen en dat de bewijsvoering niét deugt. De rechters, zegt Ton Derksen, hebben zich laten verleiden door een soort redenering die logisch lijkt, maar dat niet is. Lucia de B. werd veroordeeld omdat er volgens haar collega's in haar bijzijn opvallend veel patiënten dood gingen. Dat kon geen toeval zijn, vonden de rechters. Zij moest wel een moordenares zijn. Natuurlijk was het geen toeval, zegt Ton Derksen. En Hans Crombag, hoogleraar rechtspsychologie in Maastricht, zegt dat ook. Volgens hen is de zaak tegen Lucia de B. geconstrueerd. Eerst was er een sterfgeval waarvan Lucia de B. de schuld kreeg. Omdat er geen béwijs tegen haar was, werden er andere sterfgevallen bij gezocht. Was de televisieuitzending van Netwerk over de Schiedammer parkmoord er niet geweest, dan was Ton Derksen zich nooit in Lucia de B. gaan verdiepen. In die uitzending, in september 2005, zeiden forensisch onderzoekers dat justitie DNA-sporen van de echte dader had achtergehouden. De verkeerde dader werd gestraft. De zus van Ton Derksen, Metta de Noo, zei toen dat ze de zaak tegen Lucia de B. moesten gaan onderzoeken. Metra de Noo, voorheen verpleeghuisarts en nu arts in een psychiatrisch ziekenhuis, had altijd aan de schuld van Lucia de B. getwijfeld. Hoe hadden die sterfgevallen opeens moorden kunnen worden? Sterfgevallen die ook te verklaren waren door de slechte toestand waarin de patiënten verkeerden? En dan toch levenslang? Verschrikkelijk. In het boek dat nu bijna klaar is, beschrijft Ton Derksen de denkfouten die de rechters volgens hem gemaakt hebben. Maar hij weet dat het daarmee niet zal lukken om de bewijsvoering van de rechters tegen Lucia de B. overgedaan te krijgen. Een verzoek daartoe bij de Hoge Raad kan alleen worden ingediend als er nieuwe feiten zijn. Feiten die de rechters eerder niet kenden en, denkt Derksen, zeer waarschijnlijk tot vrijspraak hadden geleid als ze die wel hadden gekend. Ton Derksen onderzocht met de hulp van Metra de Noo alle sterfgevallen waarvan Lucia de B. de schuld kreeg op zulke nieuwe feiten. De advocaat van Lucia de B., Stijn Franken, denkt dat er genoeg is om terug te gaan naar de Hoge Raad. Hij denkt dat wat Ton Derksen en Metta de Noo bijvoorbeeld hebben vastgesteld over de digoxine-vergiftiging waaraan het meisje Amber zou zijn gestorven een novum zouden kunnen opleveren. Digoxine-testen in forensisch onderzoek zijn vaak onbetrouwbaar. Wat als de Hoge Raad dat niet als een nieuw feit ziet, maar alleen als een nieuwe presentatie van een al bekend feit, en straks ook het herzieningsverzoek afwijst? Dan is er sinds een week een nieuwe mogelijkheid om een zaak te laten heropenen: de commissie Posthumus II, voluit de commissie Evaluatie afgesloten rechtszaken. Daar kunnen politiemensen, medewerkers van het openbaar ministerie of bij het onderzoek betrokken deskundigen zaken waarover de hoogste rechters zich hebben uitgesproken, aandragen voor een nieuwe beoordeling. De commissie is opgericht na alle commotie over de Schiedammer parkmoord. Hoogleraren die over een zaak gepubliceerd hebben kunnen ook zaken' aandragen. Hans Crombag dus, maar ook Ton Derksen. En Stijn Franken, Lucia de B.'s advocaat. Hij is hoogleraar strafrecht in Utrecht. Maar hij zal het niet doen, zegt hij. Hij vindt dat vermenging van functies. Ton Derksen hoopt dat zijn boek de commissie Posthumus zal kunnen overtuigen van het gebrek aan logica dat er volgens hem in de redeneringen van de rechters zit. En Hans Crombag hoopt dat ook. Hij vindt vooral de manier waarop het schakelbewijs is ingezet zeer betwistbaar. Als tien moorden zonder bewijs vergelijkbaar zijn met één moord met bewijs, dan kan dat ene bewijs ook gelden voor die tien moorden. In de zaak Lucia de B. klopt volgens Derksen en De Noo ook dat ene bewijs niet. Maar de vraag is of de commissie Posthumus - ondergebracht bij het openbaar ministerie - geïnteresseerd zal zijn in een verhandeling over de menselijke neiging om niet in toeval te geloven en om altijd vuur te vermoeden waar rook is. Een woordvoerder van het openbaar ministerie zegt dat ook de commissie Posthumus zal kijken of er nieuwe feiten zijn. Hoe de rechters geredeneerd hebben, doet er niet toe. Voor Ton Derksen reden om zijn boek snel te publiceren. Hij wil laten zien, zegt hij, hoe vooringenomen rechters in Nederland kunnen zijn. En hoe het openbaar ministerie hen beschermt. Wat doet de de commissie Posthumus II ? Wie denkt dat er in een afgesloten strafzaak ernstige fouten zijn gemaakt, kan sinds vorige week naar de commissie Posthumus 11 gaan, ook wel de commissie afgesloten rechtszaken. Blijkt er genoeg reden voor twijfel te zijn, dan kan een zaak worden heropend. Posthumus II werd opgericht na een uitzending van het televisieprogramma Netwerk over de Schiedammer parkmoord, vorig jaar september. Het openbaar ministerie bleek bewijzen tegen de dader te hebben achtergehouden voor de rechters. De verkeerde dader werd veroordeeld. De Tweede Kamer vindt nu dat mensen die denken dat er onschuldigen zijn gestraft ergens terecht moeten kunnen. Ook als de hoogste rechters uitspraak hebben gedaan. Alleen mensen die betrokken zij geweest bij het strafrechtelijke onderzoek kunnen naar Posthumus II. Mensen van de politie of het openbaar ministerie, of andere deskundigen. |
|||
|
|||
|
|||
|