TBS en recidive Deel 20a Wilhelm S
Motie van wantrouwen is het openhartige verhaal van de ex-vrouw van TBS klant Wilhelm S. De hel brak los in Nederland na zijn ontsnapping en helemaal toen bekend werd dat hij een moord had gepleegd. In één klap veranderde haar wereld en die van haar dierbaren in een afschuwelijke nachtmerrie. Motie van wantrouwen is een uitzonderlijk verslag over onder meer wat er vóór, tijdens en na de ontsnapping is gebeurd, hoe zij alles heeft beleefd en wat de gevolgen zijn van haar keuze destijds. Zij neemt de lezer mee naar de veelal gesloten wereld van de TBS. Onverbloemd, met een lach en een traan uit zij op haar manier haar wantrouwen tegenover justitie, haar “vrienden”en naar Wilhelm S. ISBN 9789077713181 Voorwoord: De laatste tijd is er al een heleboel geschreven over alle TBS klinieken in Nederland. Niet in de laatste plaats om de ontsnapping van Wilhelm S. in juni 2005. Mijn ex-man. Alle kranten kopten erover in chocoladeletters op de voorpagina. Héél Nederland stond ervan op zijn kop! Minister Piet Hein Donner trachtte zich te verschuilen achter een uitspraak van de rechtbank. Hij riep hard dat er geen fouten zouden zijn gemaakt. Hij overleefde een motie van wantrouwen. Verdomd! Meneer Donner, de hoofdverantwoordelijke van alle tbs klinieken wist zich er weer eens uit te kletsen. Van de kliniek zélf hoorde geen mens wat. Een mediaverbod voor zowel alle patiënten als het voltallige personeel. Moet je nog peultjes? Ach, eigenlijk zijn er maar een paar mensen echt in staat om verder te kijken dan hun neus lang is. Wat is er allemaal met Willem vóór zijn ontsnapping gebeurd? Wat is hem overkomen? Waarom is hij gevlucht? En wát is er tijdens die week allemaal gebeurd? In één woord verschrikkelijk! Willem is verantwoordelijk voor wat hij heeft misdaan. En zal daarvoor ook gestraft worden. Maar ik vraag me hardop af: ”Had dit drama voorkomen kunnen worden?” Ik durf te stellen van wel. En ik niet alleen! Ik kijk dan puur terug naar de periode die zich zowel vóór als tijdens zijn ontsnapping heeft afgespeeld. Mijn eerste doel met dit schrijven is aan te geven wat er allemaal is mis gegaan in het beleid van TBS-kliniek “Veldzicht”. Puur zoals ‘wij’ het ervaren hebben. Ik kán het beleid niet veranderen, ik kan de maatschappij niet veranderen. Maar ik hoop wél dat er onderhand eens iemand wakker schrikt. Durft in te zien dát er missers zijn gemaakt! Het is de realiteit die ik heb beschreven, niet meer en niet minder. Ik ben me ervan bewust dat veel mensen het wellicht niet zullen begrijpen. Dat onbegrip heb ik zelf ook. “Hoe komt het dat in het woord beleid en debiel precies dezelfde letters zitten? “ Dit boek heeft ook een ander doel, een persoonlijk. De ontsnapping, de gevolgen daarvan en ook de tijd daarna hebben een enorme impact op mij gehad. Nog steeds trouwens. Het heeft de wereld van mij en allen die dicht bij mij stonden en staan gigantisch overhoop gehaald. Mijn immense verdriet heb ik voor een groot deel kunnen verwerken door dit boek te durven schrijven. Nooit zal ik vergeten wat er is gebeurd. Alles heeft mij enorm veranderd. Maar ik heb er véél van opgestoken. Ik weet het. Ik heb nog zéker één en ander te verwerken. Daar moet ik nu de tijd voor gaan nemen. |
|||||||||||||||||||||||||||
Wilhelm S. werd geboren in 1965, in Amsterdam. Zijn moeder was 16 toen ze trouwde met zijn vader. Ze was toen al zwanger; enkele maanden na de bruiloft werd de oudere zus van Wilhelm geboren. De jongen werd vooral opgevoed door zijn vader, die veel dronk en hem uitschold en sloeg. S. werd vooral verwaarloosd. Zijn jeugd beschrijft hij als liefdeloos. Het enige voordeel van het gebrek aan aandacht is dat hij vaak stiekem uit het raam kon klimmen, om over straat te zwerven. Op school deed hij het slecht. S. heeft een laag IQ; hij had problemen met rekenen en lezen. Bovendien werd hij veel gepest, omdat hij flaporen had. Rond zijn 13de werd hij hieraan geopereerd. Wilhelm was een onzekere jongen, die rondliep met veel ‘opgekropte woede’. Zijn agressie kwam vrij als hij te veel alcohol dronk. Dat deed hij vaak, omdat hij drank nodig had om contact te maken met anderen – vooral vrouwen. Thuis maakte hij dankbaar gebruik van de drankvoorraad van zijn vader. Vanaf zijn 13de was hij verslaafd aan alcohol. Hij werd toen al een jaar geregeld misbruikt door zijn oudere zus. Het misbruik stopte toen hij 15 was en zij verkering kreeg met een jongen. Zijn advocaat, Job Knoester, bevestigt het vermeende misbruik, maar wil er niet nader op ingaan. Wel zegt hij dat het een rol heeft gespeeld tijdens het misdrijf waardoor S. in 1990 in een tbs-kliniek terechtkwam. Na zijn middelbare schooltijd werd Wilhelm veroordeeld voor diefstal, aanranding en verkrachting. Hij gleed steeds verder af. Het ging echt mis toen de destijds 25-jarige Wilhelm in 1990 een woonboot binnendrong om in te breken. Bij toeval stuitte hij daar op een 59-jarige vrouw. Hij dwong haar op de knieën, bond haar vast en verkrachtte haar, onder bedreiging van een alarmpistool. Later zei hij dat hij de vrouw wilde aandoen wat hem vroeger was aangedaan. Lust speelde een rol, maar zijn voornaamste motief was wraak. S. heeft sindsdien in allerlei tbs-klinieken gezeten. Daar kreeg hij het steeds moeilijker, omdat hij voortdurend ontsnapte. Zijn kansen op verlof werden kleiner en hij raakte gedemotiveerd en gefrustreerd. Dat veranderde toen hij in 2003 trouwde met een vrouw die hij had leren kennen via een contactadvertentie. Toen hij haar thuis mocht bezoeken, ontsnapte hij aan zijn begeleidster. Daarna had hij kunnen worden gepakt. Zijn vrouw was bereid zich te laten afluisteren en schaduwen om Wilhelm te laten arresteren. Het gebeurde niet. In plaats daarvan besloot justitie een landelijk opsporingsbericht te verspreiden via de media, met de foto en volledige naam van S. De ontsnapte tbs’er raakte in paniek toen hij hoorde dat hij werd gezocht. Uiteindelijk vermoordde hij Appie Luchies op diens jachtje. Het slachtoffer werd vastgebonden teruggevonden. Zijn benen waren gebroken en hij was gruwelijk toegetakeld. Advocaat Knoester: ‘Wilhelm was gefrustreerd omdat hij vond dat hij te weinig kansen kreeg op verlof. En hij wist dat hij nooit meer terug zou kunnen naar zijn gezin. Hij voelde zich opgejaagd. |
|||||||||||||||||||||||||||
27 juli 1990 Bron NOS |
|||||||||||||||||||||||||||
Tbs’ers: Waterkering tussen slechteriken en gestoorden Trouw 16-05-06 door Louis Cornelisse en Marlise Hamaker De vrouw van Wilhelm S., de tbs’er die vorige zomer tijdens proefverlof een bejaarde Amsterdammer doodde, had geen enkel idee dat hij van plan was te vluchten. Pas later besefte Henny dat hij wat stil was geweest, zo vertelt ze in een interview met Trouw, waarin ze verhaalt over haar relatie met de wegens verkrachting veroordeelde man. Als ze wordt gebeld door de maatschappelijk werkster die zegt dat haar man is gevlucht, weet ze ’dat het voorbij was tussen ons’. Vandaag begint het proces tegen Wilhelm S., die door justitie van moord verdacht wordt. Na een bezoek aan zijn echtgenote sloeg de tbs’er op de vlucht. In Amsterdam vermoordde S. een bejaarde man op diens boot. Het medicijn tegen zijn drankzucht bleek uitgewerkt. De hele kwestie zorgde voor grote opwinding en was aanleiding tot het instellen van een parlementaire commissie die de tbs-praktijk moest evalueren. Het toeval wil dat deze commissie-Visser ook juist vandaag met een reeks voorstellen komt om het vastgelopen systeem van ter beschikkingstelling te herzien. De speciale kamercommissie wil tbs handhaven, maar de regelingen zo aanpassen dat herhaling van gevallen als Wilhem S. wordt voorkomen. Bijvoorbeeld door een strengere selectie van tbs-veroordeelden. Of, zoals professor H. van Marle tijdens zijn verhoor bij de commissie zei: zorg voor een waterkering tussen de mad en de bad. De slechteriken moeten naar de gevangenis en de gestraften met een échte psychische storing naar een kliniek. Tbs-rechter ergert zich aan indianenverhalen tbs-beleid door Louis Cornelisse in Trouw 17-05-06 De rechter krijgt de schuld dat tbs'er Wilhelm S. op proefverlof de fout in kon gaan. Tbs-rechter Yvo van Kuijck zet het valse beeld recht. Yvo van Kuijck is raadsheer bij het gerechtshof in Arnhem. Daar dienen hoger-beroepszaken als tbs'ers het niet eens zijn met een beslissing van een rechtbank. ,,Dat zijn er zo'n driehonderd per jaar'', zegt de raadsheer. In totaal zijn er in Nederland ruim zestienhonderd ter beschikking gestelden. De rechter lijkt de kwaaie pier in de zaak-Wilhelm S.. De Veldzicht-kliniek, waar hij verbleef, zag zich gedwongen hem op proefverlof te laten gaan. De rechtbank had immers tegen het advies van de kliniek in gezegd dat hij verder gesocialiseerd moest worden. Ruim een week geleden ontsnapte S. aan zijn begeleidster, inmiddels zit hij vast op verdenking van moord. Ook minister van justitie Donner zegt dat de rechter hem voor het blok heeft gezet. Onzin, vindt Van Kuijck: ,,De rechter is wel een spil in het tbs-systeem, maar de kliniek en de minister van justitie oordelen of iemand op proefverlof gaat of niet.'' Hij kent de tbs-praktijk van binnen en buiten. Van Kuijck is voorzitter van de tbs-sectie van de Raad voor de strafrechtstoepassing. Daar kunnen tbs-gestelden klagen over hun behandeling. De rechter vindt het tijd om misvattingen recht te zetten. Zo wordt er beweerd dat alleen juristen bij beslissingen over tbs-verlenging te pas komen, geen deskundigen of behandelaars. Van Kuijck: ,,In de tbs-kamer bij ons hof zitten een psychiater en een psycholoog. Die hebben net zo'n grote stem in de inhoud of verlenging van tbs als de juristen.'' Alle tbs'ers komen na één of twee jaar weer voor de rechter. Dan wordt besproken hoe de veroordeelde ervoor staat en beslist de rechtbank of de tbs verlengd of beëindigd moet worden. Van Kuijck: ,,De kliniek levert een onderbouwd verslag. De kliniek geeft daarin aan hoe het volgens hun verder moet.'' Als een tbs'er al jaren niet buiten is geweest, wil een rechter vaak weten waarom er geen vooruitgang is geboekt. ,,Het kan zijn dat het risico dat de betrokkene een delict pleegt, nog steeds te groot is. Soms vraagt de rechter het oordeel van een onafhankelijke deskundige. Op basis van al die rapporten en getuigenissen komt de rechter tot een beslissing.'' Als de kliniek besluit een tbs'er op verlof te laten gaan, neemt het ministerie van justitie de finale beslissing. ,,De minister van justitie heeft een veiligheidsadviseur. Die beoordeelt, na alle deskundigen, ook nog eens of het risico dat de tbs'er weer een misdrijf begaat, nog bestaat.'' Als de veiligheidsadviseur twijfelt, kan die een andere deskundige om een beoordeling vragen. Ook kan de tbs'er nog een keer ter observatie naar het Pieter Baan Centrum gestuurd worden. Is de veiligheidsadviseur akkoord, dan geeft de minister van justitie een machtiging af. ,,De kliniek kan dat besluit weer negeren als de eigen psychiaters denken dat de tbs'er toch niet naar buiten kan.'' De rechter kan zijn ergernis over de wilde verhalen na de 'afschuwelijke zaak-S.' nauwelijks verhullen. ,,Ten onrechte wordt het beeld geschetst dat het tbs-systeem niet deugt. Er zitten verschillenden momenten in wanneer beslist wordt of de tbs'er meer vrijheid aankan. Daar is niks mis mee.'' De raadsheer vindt een bewering dat de 'samenleving een proeftuin voor levengevaarlijke tbs'ers is', klinklare stemmingmakerij. ,,De bedoeling van tbs is dat deze zieke mensen worden behandeld. Als hun toestand dat toelaat, kunnen ze resocialiseren. Zo niet, dan blijven ze binnen.'' Meteen naar de long stay sturen, is in feite een veroordeling tot levenslang. Van Kuijk: ,,Dan kan zo iemand alleen nog naar buiten komen als een nieuw medicijn tegen de stoornis wordt uitgevonden.'' Risicotaxatie belangrijk voor verlof Of een tbs'er op verlof mag, hangt af van het gevaar dat hij nog voor de samenleving vormt. Forensisch psychiaters en psychologen stellen het risico op recidive vast met de HCR-20 of SVR-20, een soort scorelijsten. De lijsten danken hun naam aan de twintig punten waarop de tbs'ers worden beoordeeld. Zo kijken beoordelaars naar het geweldsverleden van een patiënt, of hij erg impulsief is en welk sociaal netwerk hij heeft. ,,Dat levert voor iedere patiënt een individueel plaatje op'', zegt Corine de Ruiter van het Trimbos-instituut. Zij deed onderzoek naar de risicotaxatie van tbs'ers in de Van der Hoevenkliniek in Utrecht. ,,De patiënt wordt bijvoorbeeld pas gevaarlijk als hij alcohol gebruikt. Als je dat weet, kun je kijken hoe je het risico hanteerbaar kan maken. Soms moet je daarvoor iemand opsluiten, maar dat geldt niet voor iedereen.'' De HCR-20 wordt gebruikt voor tbs'ers die gewelddadig zijn, de SVR-20 voor zedendelinquenten. ,,De kans op recidive is bij die laatste groep sterk afhankelijk van afwijkende seksuele voorkeuren. Zoals pedofilie, iemand die een voorliefde heeft voor gewelddadige seks of exhibitionisme. Bij gewelddadige patiënten speelt dat geen rol.'' Zodra de deskundigen het recidiverisico aanvaardbaar vinden, vraagt de kliniek begeleid verlof aan bij minister Donner (justitie). Die wees het verzoek van FPC Veldzicht tot verlof voor Wilhelm S. in eerste instantie af, mede door de uitkomst van de scorelijst van S. |
|||||||||||||||||||||||||||
TBS / ’Hij dacht dat de aandacht wel snel zou verslappen’ De vrouw van Wilhelm S. door Louis Cornelisse en Marlise Hamaker in Trouw 16-05-2006 Tbs’er Wilhelm S. ging er vorige zomer vandoor nadat hij zijn vrouw Henny had bezocht. Enkele dagen later bracht hij een 73-jarige Amsterdammer om het leven, wat de aanleiding voor de Tweede Kamer werd om onderzoek te starten naar manco’s van het Nederlandse tbs-systeem. Vandaag, de dag dat de rechtszaak tegen Wilhelm begint, vertelt Henny S. haar verhaal. Ze dacht de man van haar dromen te hebben gevonden in tbs’er Wilhelm S. Die droom spat uiteen op een zomerse dag in juni 2005, de dag dat hij op de vlucht slaat. Willem, zoals Henny hem noemt, bezoekt zijn vrouw die dinsdag in haar Eindhovense woning, samen met een begeleidster. Henny merkt niets vreemds aan hem. Hij is wat stil geweest, beseft ze later, en draagt een felblauwe trui die ze niet eerder gezien heeft. Maar geen moment komt het in Henny op dat haar man zal vluchten. Tot aan het eind van de middag de telefoon gaat, een paar uur nadat ze Willem en zijn begeleidster op de bus heeft gezet. „Willem is niet in de trein gestapt in Utrecht”, zegt een maatschappelijk werkster van Veldzicht, de kliniek waar Willem wordt behandeld. De zin doet Henny’s wereld instorten. „Geen alcohol, niet vluchten. Dat was de afspraak. Vanaf het moment dat die maatschappelijk werkster belde, wist ik dat het tussen ons voorbij was.” De 34-jarige Henny – die over haar ervaringen het boek ’Motie van wantrouwen’ schreef – zit in de woonkamer van haar eengezinswoning. Het is hetzelfde huis waar Willem haar die laatste dag bezocht. Ze laat foto’s zien. Het is de stapel die de tbs’er vlak voor zijn vlucht bij haar achterliet. Ze maakte het pakketje pas open nadat hij was weggegaan, zoals ze Willem had beloofd. De foto’s komen uit zijn kamer in Veldzicht, de tbs-kliniek in het Overijsselse Balkbrug. Later blijkt dat hij ook zijn computer heeft leeggehaald. Willem had zijn vlucht voorbereid. „Ik was zo kwaad op hem. Nog een paar maanden en dan was hij misschien vrijgekomen. We zouden samen een leven opbouwen.” De inmiddels ex-vrouw van Willem vertelt haar verhaal als een bizarre roman, zonder gelukkig einde. Met krachtige stem, soms zoekend naar woorden. Als ze niet meer weet wanneer iets precies is gebeurd, pakt ze Willems dossier erbij. Om met licht trillende vingers tussen de papieren te zoeken naar een antwoord. Ze leert de tbs’er vier jaar geleden kennen via een contactadvertentie. Henny heeft op dat moment een burnout, vanwege haar drukke cateringwerk en de zorg voor haar twee dochters, dan vijf en tien jaar oud. „Daarom was ik even op vakantie geweest in Frankrijk. Bij thuiskomst lag er een grote stapel post op de deurmat. Brieven van mannen die op zoek waren naar een relatie. Later kwam ik erachter dat een ex-vriend van me een contactadvertentie had gezet in ’Mijn Geheim’, om me te pesten. Ik was helemaal niet op zoek naar een relatie.” Veel tbs’ers lezen het tijdschrift en plaatsen er ook zelf contactadvertenties in. Henny weet dat niet. „Ik heb keurig iedereen teruggeschreven en uitgelegd dat ze voor de gek waren gehouden. Behalve één. Die brief sprong er echt uit, het was de brief van Willem. Hij was heel open, hij toonde zijn kijk op het leven. Dat maakte me nieuwsgierig. Hij was iemand met wie ik wel eens wilde kletsen.” Henny schrijft hem een brief waarin ze wat meer over zichzelf vertelt. ,,Hij reageerde heel begrijpend op mijn burnout, ik kon merken dat hij zelf ook veel had meegemaakt.” Een intensieve briefwisseling volgt, Henny wil al snel weten waarom haar schrijfvriend geen relatie heeft. „Het was zo’n leuke man, ik begreep niet dat hij alleen was. Toen schreef hij over zijn delict, dat hij vastzat voor verkrachting. Ik schrok wel, maar het was meer dan tien jaar geleden gebeurd. Willem heeft dat delict gepleegd onder invloed van alcohol en drugs, en hij nam er verantwoordelijkheid voor. Net zoals hij nu doet met die moord in Amsterdam.” De tbs’er heeft bekend dat hij een 73-jarige man op gewelddadige wijze om het leven heeft gebracht, een paar dagen nadat hij er vorige zomer vandoor was gegaan (zie kader). De twee schrijven bijna dagelijks en bellen regelmatig. Henny besluit de tbs’er te bezoeken in de kliniek. „Het was raar om daar naartoe te gaan. Al die deuren die achter me dichtsloegen en de mensen die in de gang liepen: ik wist niet of het tbs’ers of hulpverleners waren. Willem had nooit bezoek gehad, en dan ook nog een vrouw. Hij was echt even de kluts kwijt. Waar het op papier zo mee klikt, zie je dan ineens voor je.” Vanaf het begin dat ze contact hebben, wil Henny alleen vriendschap, maar dat verandert die dag. De vonk slaat over, Henny is verliefd. „Ik was helemaal hoteldebotel van Willem.” Precies een jaar na de eerste brief trouwen ze met elkaar, in tbs-kliniek Veldzicht. „We mochten regelmatig samen de flat in, een ruimte in de kliniek waar we alleen konden zijn. Ook ik ging daar achter slot. We speelden Scrabble en Mens-erger-je-niet en praatten uren met elkaar. We wilden meer. Twee keer mochten we samen wandelen, op het terrein van de kliniek. Voor ons was dat heel belangrijk: samen wandelen, samen koken, samen een keer een taart in elkaar zetten. Maar dat kon allemaal niet.” In 2004 krijgt Willem toestemming voor verlof. Henny gaat een paar keer met hem mee. Ze vertelt over het regioverlof in Zwolle. „Dat was raar. We hadden elkaar alleen maar in de kliniek gezien en dan zit je ineens samen in de Vroom en Dreesmann.” Ongeveer een halfjaar later komt hij voor het eerst bij Henny thuis. Willem bezoekt haar vijf keer onder begeleiding, tot hij op 7 juni vorig jaar van zijn begeleidster wegloopt op station Utrecht Centraal. „Een paar uur nadat ik had gehoord dat Willem ervandoor was gegaan, belde hij. Ik was kwaad, maar ik had me ook zorgen gemaakt. Ik was bang dat hij voor een trein zou springen.” Er volgt meer telefonisch contact, Henny meldt dat bij de tbs-kliniek. „Ik heb ze verteld dat ik dacht dat hij op een station stond. Ik hoorde treinen en dat holle geluid van een stationshal. Willem hing ook ineens op. Hij zei dat hij even weg moest, omdat het helemaal blauw stond van de politie.” Henny laat de kliniek weten dat ze haar telefoon mogen afluisteren en geeft toestemming haar te observeren. „Ze wilden dat ik een afspraak met hem maakte, zodat hij in de val zou lopen. Maar het was mijn man, ik kon hem niet verraden. De dag na zijn ontsnapping heb ik hem wel gezien, zonder dat de kliniek het wist. We zaten bij de McDonald’s in de stad hier. Willem was heel oplettend, keek steeds naar de deur. Hij dacht dat alle aandacht rond zijn persoon vanzelf zou afnemen. Hij was al een keer ontsnapt, jaren geleden. Hij heeft toen vijf maanden in Amsterdam gezeten zonder dat er een haan naar kraaide. Hij dacht dat het nu ook zo zou gaan.” Als ze afscheid nemen, verwacht Henny dat Willem wordt gearresteerd, ervan overtuigd dat de politie haar observeert. Maar dat is niet zo. Op vrijdag staat hij in haar achtertuin. „Ik schrok me kapot, sloeg meteen mijn armen om hem heen om hem te knuffelen. Het was zo’n opluchting om Willem te zien, om te zien dat hij nog leefde. Ik was bang dat hij geen uitweg meer zag. Sinds de longstay heeft hij moeten vechten tegen de bierkaai.” Willem werd in 1999 op de longstay geplaatst, zoals een afdeling voor uitbehandelde tbs’ers wordt genoemd. Zij kunnen volgens hun behandelaars niet terugkeren in de maatschappij, omdat het risico dat ze opnieuw in de fout gaan te groot is. Willem tekende met succes beroep aan tegen die plaatsing. Zijn behandeling werd hervat, op een afdeling voor seksueel delinquenten. „Hij dacht dat hij nooit meer vrij zou komen als hij gepakt werd. Willem zei: ’Dan moet ik weer naar de longstay’. Willem is die nacht bij me gebleven, ik dacht dat ik misschien nog op hem in kon praten. Ik heb gezegd dat hij niet kon blijven vluchten, maar Willem wilde niet luisteren. Bang was ik niet, ik ben nooit bang geweest. Dat kwam pas achteraf, toen ik hoorde dat hij een paar dagen later die man had vermoord.” De volgende ochtend vertrekt Willem. Wat er in de dagen daarna met hem gebeurt, blijft vaag; wellicht dat de rechtszaak die vandaag tegen hem dient meer duidelijkheid geeft. Hij belt Henny nog een paar keer, ze weet niet waar hij uithangt. In het weekend brengt justitie een opsporingsbericht naar buiten: Willems’ naam wordt volledig genoemd en zijn foto is op televisie te zien. De dinsdag erna wordt hij opgepakt. „Ik heb hem nog een keer bezocht, in de Bijlmerbajes. Ik wilde zijn kant van het verhaal horen. Ik ben drie jaar hartstikke gek op Willem geweest, dat gaat niet zomaar over. Ik zag hem in de gevangenis en voelde een golf van medelijden. Maar uiteindelijk heeft hij me laten vallen als een baksteen. Nou, dan houdt het op. Er was een scheur tussen ons, een onherstelbare scheur. Met zijn vlucht koos Willem voor zichzelf, niet voor mij. Hij heeft onze toekomst weggegooid. Mijn toekomst ook, dacht ik vorig jaar. Maar hij is niet mijn toekomst. Niet meer.” |
|||||||||||||||||||||||||||
Tbs'er Wilhelm S. pleegt zelfmoord anp Wilhelm S., de vorig jaar ontsnapte tbs'er die op zijn vlucht een Amsterdammer doodde en daarvoor later werd veroordeeld, is dinsdag dood aangetroffen in zijn cel. Dat heeft Justitie vandaag bekendgemaakt. S. heeft zelfmoord gepleegd. De Rijksrecherche stelt een onderzoek in. S. zat vast in de gevangenis Demersluis, onderdeel van de Bijlmerbajes, in Amsterdam. Vorig jaar zomer ging S. enige tijd in hongerstaking uit protest tegen de manier waarop hij in voorarrest werd gehouden. S. werd in een versoberde cel gezet en mocht daar nauwelijks uit. De rechtbank in Amsterdam veroordeelde S. eind mei tot acht jaar cel en tbs met dwangverpleging voor het doodslaan van de 73-jarige Appie Luchies. Hij sloeg de bejaarde man dood met een asbak en een hamer tijdens een boottochtje op het Noordhollandsch Kanaal. Ontsnapt S. was kort daarvoor tijdens een verlof uit de tbs-kliniek Veldzicht aan zijn begeleider ontsnapt. De politie kon S. een week na zijn ontsnapping oppakken in de binnentuin van de woning van zijn slachtoffer in de Amsterdamse Jordaan. Voor de opsporing publiceerde het ministerie van Justitie een portret van S. De kwestie-Wilhelm S. leidde tot grote opschudding. Donner zag zich genoodzaakt het verlofbeleid voor tbs'ers aan te scherpen. Geschokt en verrast Het toezicht met camera's op Wilhelm S. was op 3 juli definitief opgeheven. Enkele weken daarvoor was het cameratoezicht overdag beëindigd, vanaf 3 juli gold dat ook voor het nachtelijk toezicht. Dat zegt de advocaat van S., Job Knoester. Knoester toonde zich dinsdag ,,niet alleen geschokt, maar ook verrast.'' De raadsman had nog geregeld contact met S. ,,Ik kreeg de laatste tijd juist signalen van hem die erop wezen dat hij helemaal geen plannen had in deze richting. Als hij die toen wel had gehad, heeft hij mij goed om de tuin geleid'', aldus Knoester. ,,Maar S. was een man die zich moeilijk liet kennen. Wel was bekend dat hij last had van stemmingswisselingen.'' Knoester sprak S. vorige week voor het laatst. Maandag zou hij hem weer bezoeken. Trouw 11-07-2006 |
|||||||||||||||||||||||||||
Wilhelm S. werd niet herkend aanhouding ontsnapte tbs'er door Louis Cornelissen De voortvluchtige tbs'er Wilhelm S. ontsnapte bijna voor de tweede keer. Zijn schichtige gedrag in de tuin van zijn vermoedelijke slachtoffer werd hem uiteindelijk fataal. De klopjacht van ruim een week leverde geen spoor op van de levensgevaarlijke tbs'er, zei gisteren de Amsterdamse korpschef van politie B. Welten. De ontdekking van een vermoorde, bejaarde man in een bootje op het Noord-Hollands Kanaal, leidde naar diens woning in de Jordaan. Welten: ,,Daar troffen onze mensen een onbekende man aan in de binnentuin. De man probeerde niet op te vallen''. Op het moment dat hij zich 'schichtig' uit de voeten wilde maken, hielden agenten hem aan. In zijn zak vonden ze een doorgeladen pistool. Hij verzette zich niet tijdens zijn arrestatie. Pas op het politiebureau werd duidelijk dat het ging om tbs'er S. Dit weekeinde werd van hem een opsporingsbericht met foto landelijk verspreid. Het 73-jarige slachtoffer is niet door kogels om het leven gekomen. Hoofdofficier L. de Wit: ,,Hij is door harde slagen op het hoofd omgebracht.'' Of de tbs'er en de dode man elkaar kenden, is niet bekend. Ook weten justitie en politie niet waar S. was, nadat hij tijdens zijn proefverlof vorige week dinsdag op het Centraal Station in Utrecht de benen nam. De begeleidster heeft meteen alarm geslagen. S. heeft zijn echtgenote, die hij net had bezocht, kort na zijn vlucht diverse keren gebeld. Justitie besloot de twee mobiele telefoons van de vrouw af te tappen, maar S. heeft haar daarna niet meer gebeld. Hij nam wel telefonisch contact op met zijn tbs-kliniek Veldzicht in Balkbrug. Toen is het niet gelukt zijn verblijfplaats uit te peilen. De tijd ging dringen, omdat S. medicijnen slikt tegen zijn alcoholgebruik. Onder invloed van drank wordt hij zeer gevaarlijk. S. werd vijftien jaar geleden veroordeeld tot tbs, wegens geweldige diefstal en verkrachting. Dat hij onder invloed was, speelde een grote rol bij zijn agressieve gedrag. De Wit vroeg aan minister Donner van justitie toestemming in de media een oproep tot opsporing te doen, met zijn volledige naam en portret erbij. 'Een ingrijpend middel in een uitzonderlijke situatie', noemde De Wit het openbaar maken van zoveel van S. identiteit. Na de tv-uitzendingen zondag stroomden tips binnen. Vijf mannen werden aangehouden, maar S. bleef uit handen van de politie. Tot ruim een week na zijn verdwijning in een bootje het lijk van de Amsterdammer werd gevonden. De identiteit van de vermoorde man is nog niet vrijgegeven, zegt Welten, omdat de familie nog niet is bereikt. Op zijn lichaam wordt sectie verricht om de doodsoorzaak definitief vast te stellen. S. had gisteravond nog geen verklaring afgelegd. Hem is moord of doodslag ten laste gelegd. Trouw 16-06-2005 |
|||||||||||||||||||||||||||
|