
Accijns |
Belasting die wordt geheven op de verkoop van producten |
Acte van Navigatie |
Alleen Engelse schepen mochten niet-Europese producten naar Engeland verschepen. |
Acte van Verlatinghe |
Ook wel genoemd 'Plakkaat van Verlatinghe'; officieel besluit van de Staten-Generaal op 22 juli 1581 in den Haag (niet langer in Brussel) om de gehoorzaamheid aan Filips II op te zeggen. |
Alva |
Landvoogd van de Nederlanden, opvolger van Margaretha van Parma. Werd door zijn harde optreden de ‘íjzeren hertog’ genoemd |
Bataafse Republiek |
De revolutie van 1789 in Frankrijk hield niet stil aan de Franse grenzen. In 1795 trok het leger van generaal Pichegru zonder problemen de Republiek binnen. De Fransen werden gesteund door de Nederlandse patriotten, die zich spiegelend aan de fameuze voorouders voortaan 'Bataven' noemden. De stadhouder vluchtte naar Engeland. De Bataven namen het bestuur over. De nieuwe staat - de Bataafse Republiek - onderschreef de idealen van de revolutie: de eerste daad was de proclamatie van de 'Rechten van de Mens en de Burger'. Iedereen werd voor de wet gelijk. Dit betekende dat ook de religies werden gelijkgesteld: niet-gereformeerden zouden niet langer tweederangs burgers zijn. In 1796 kwam het eerste democratisch gekozen Nederlandse parlement bijeen. |
Bataafs-Franse Tijd |
Zo wordt het tijdvak genoemd tussen 1795 en 1813 toen de Fransen in Nederland het bestuur uitoefenden. |
Bataafse Republiek |
De revolutie van 1789 in Frankrijk hield niet stil aan de Franse grenzen. In 1795 trok het leger van generaal Pichegru zonder problemen de Republiek binnen. De Fransen werden gesteund door de Nederlandse patriotten, die zich spiegelend aan de fameuze voorouders voortaan 'Bataven' noemden. De stadhouder vluchtte naar Engeland. De Bataven namen het bestuur over. De nieuwe staat - de Bataafse Republiek - onderschreef de idealen van de revolutie: de eerste daad was de proclamatie van de 'Rechten van de Mens en de Burger'. Iedereen werd voor de wet gelijk. Dit betekende dat ook de religies werden gelijkgesteld: niet-gereformeerden zouden niet langer tweederangs burgers zijn. In 1796 kwam het eerste democratisch gekozen Nederlandse parlement bijeen. |
Batavia |
Belangrijkste handelsbasis van de VOC in Indië. |
Beeldenstorm |
In 1566 werden in veel Nederlandse gewesten kerkelijke gebouwen aangevallen. Vernielingen werden aangebracht; kerken werden overgenomen en geschikt gemaakt voor de gereformeerde eredienst. Calvinistische kernen leidden deze volksbeweging die in het zuiden begon en in hoog tempo over het land trol. Veel katholieke ontevredenen die vóór de Beeldenstorm fel tegen Filips en Margaretha van Parma waren, keerden snel terug tot gehoorzaamheid aan de vorst. |
Bourgondische Kreits |
Bestuurlijke eenheid binnen het Heilige Roomse Rijk, opgesteld tijdens de rijksdag van Augsburg in 1548. Bepaald werd dat de 17 Nederlandse Gewesten, met inbegrip van Vlaanderen en Artois, één bestuurlijk geheel zouden vormen. In de praktijk oefende het Duitse rijk weinig invloed uit op de Nederlanden. |
Bourgondische Rijk |
Het rijk dat in de 14e en 15e eeuw tot bloei kwam in de Nederlanden. Uiteindelijk na de dood van Karel de Stoute werd het onderdeel van het Habsburgse Rijk. |
Bulkproducten |
Producten die niet per stuk worden verpakt, maar waarmee scheepsruimten volgestort kunnen worden. |
Centralisatiepolitiek |
Het beleid van veel vorsten om hun gebieden sterker aaneen te smeden en zodoende zowel binnen- als buitenlands tot een grote machtsontplooiing te komen. Boven plaatselijke wetten, regels en gebruiken kwamen nieuwe centrale wetten en regels. Boven plaatselijke besturen kwamen nieuwe centrale instellingen. Dit beleid werd ook sterk gestimuleerd door het voortdurende geldgebrek van de vorsten en hun streven naar godsdienstige eenheid. In Nederland door Filips II. |
Coalitiepolitiek |
Stadhouder Willem III wilde samen met andere Europese landen een sterk blok vormen tegen Lodewijk XIV. |
Commissiehandel |
Men regelt iets voor een ander en krijgt daar dan een vergoeding voor. |
Contract van correspondentie |
Bij toerbeurt werd volgens een vastgelegd schema de verdeling plaats van de belangrijkste bestuursbaantjes door de regentenfamilies. |
De-Urbanisatie |
Mensen trekken vanuit de steden naar het platteland. |
Edict van Nantes |
Verordening uit 1598 van de Franse koning Hendrik IV die de Hugenoten ( Franse protestanten) een belangrijke mate van godsdienstvrijheid gaf alsmede burgerrechten verleende. Lodewijk XIV herriep het edict in 1685. Dit leidde tot een massale uittocht van ca. 400.000 Hugenoten. Vele gingen naar de Noordelijke en Zuidelijke Nederlanden. |
Filips II |
(1527 - 1598) Filips was de zoon van Karel V. Toen Karel in 1555 troonsafstand deed, volgde Filips hem op in Spanje en de Nederlanden. In 1559 verliet hij zijn hof in Brussel en vestigde zich definitief in Madrid. Filips' politiek werd beheerst door zijn verdediging van het katholicisme en zijn machtsstreven in Europa. In beide faalde hij. Grote delen van Europa werden protestant. Ook zijn eigen Nederlandse gewesten kwamen tegen hem in opstand en werden goeddeels protestant. In Frankrijk en Engeland kreeg hij geen voet aan de grond. De vernietiging van de Armada, de vloot waarmee hij in 1588 Engeland had willen veroveren, betekende het einde van de Spaanse heerschappij op zee. Toen Filips in 1598 stierf, was het einde van Spanje's wereldmacht ingeluid. |
Frederik Hendrik |
(1584-1647) werd geboren in 1584, het jaar dat zijn vader, Willem van Oranje, werd vermoord. In 1625 volgde hij zijn broer Maurits op als stadhouder en opperbevelhebber van het leger. In de oorlog met Spanje slaagde Frederik Hendrik erin een reeks steden op de Spanjaarden te heroveren. Het leverde hem de bijnaam 'stedendwinger' op. Noord-Brabant en delen van Limburg werden aan het Nederlandse grondgebied toegevoegd. Frederik Hendrik en zijn vrouw Amalia van Solms waren het eerste stadhouderlijke paar dat een hof hield. Hun vorstelijk aanzien werd nog verhoogd door de huwelijken van hun kinderen. Zo trouwde zoon Willem met de Engelse koningsdochter Mary Stuart. |
Generaliteitslanden |
Door de Republiek veroverde delen van andere gewesten vooral van Vlaanderen, Brabant en Limburg die door de Staten generaal werden bestuurd. |
Gilden |
Organisatie per bedrijfstak waarbij alle ondernemers zich moeten aansluiten. Ze werkten met strenge regels en voorschriften. Een ambachtelijke en traditionele productiewijze werd in stand gehouden. |
Handelskapitalisme |
Economische ontwikkeling in de 16e eeuw waarbij door de bloei van de handel en industrie het kapitaal van de koopman een hoofdrol gaat spelen in de samenleving. Bezittingen worden dan belangrijker dan afkomst. De eerste vorm van kapitalisme, waarbij de winst door middel van de handel werd gemaakt. |
Handelingsonbekwaam |
Vrouwen hadden een ondergeschikte positie en mochten geen juridische handelingen verrichten. Na een scheiding werd een vrouw weer handelingsbekwaam geacht. |
Hanze, de |
Een samenwerkingsverband tussen Noord-Europese steden met als doel de handel met het Oostzeegebied uit te breiden en te beschermen. |
Hollandse Waterlinie |
Een goed uitgedacht verdedigingsstelsel, dat bestond uit vestingwerken en tussenliggende gebieden die onder water kunnen gezet worden. |
Inter-Aziatische handel VOC |
Handel in producten door de VOC binnen Azië, vanuit Batavia. |
Kaapvaart |
Het aanvallen van vijandige schepen (zilvervloot van Piet Hein b.v.). |
Kapitaal intensief |
Er wordt relatief veel geld in de productie geïnvesteerd. |
Karel de V |
1500-1588 Was keizer van Duitsland, koning van Spanje, hertog van Bourgondië en heer der Nederlanden. Hij verenigde de Nederlandse gewesten en gaf ze een autonome positie binnen het Duitse keizerrijk. In 1555 trad hij af en trok zich terug in een klooster in Spanje. |
Karveel |
Type zeilschip dat op Hollandse scheepswerven werd gebouwd. |
Kerngezin |
Gezin met ouders en kinderen. |
Keuterboer |
Boer met weinig grond, vaak in loondienst. |
Kleine burgerij |
Kleine ondernemers zoals winkeliers en gegoede ambachtslieden |
Koopmansbeurs |
Permanente jaarmarkt in Amsterdam. |
Malthus, Thomas |
Engelse econoom die waarschuwde voor de gevolgen van de groei van de bevolking. “Essay on the Principle of Population": Boek van Thomas Malthus waarin hij beschreef dat de bevolking toenam via de rekenkundige reeks 1,2,4,16,32.64, 128 enz. en de voedselvoorziening via de rekenkundige reeks 1,2,3,4,5,6,7,8,9, enz. Dit zou ernstige gevolgen hebben en dus was hij voor geboortebeperkende maatregelen. |
Mare liberum |
Hugo de Groots boek waarin hij pleitte voor vrije handel |
Mercantilistische maatregelen |
Maatregelen die worden ingesteld door de centrale overheid en die bedoeld zijn om de eigen handel te beschermen. Voorbeelden hier van: Engelse Acte van Navigatie, verhoging Franse invoerrechten. |
Moedernegotie |
De graanhandel met de landen in het Oostzeegebied. |
Monopolie |
Het alleenhandelrecht. |
Obligatie |
Is een bedrag dat iemand uitleent aan een overheidsinstelling van een stad of staat tegen een rentevergoeding. Na de looptijd krijgt men zijn ingelegde geld terug.Er bestaan ook bedrijfsobligaties. |
Oldenbarneveldt’ Johan van |
De jurist Johan van Oldenbarneveldt koos in 1572 de zijde van de Opstand. Hij kreeg grote politieke invloed, maakte carrière, en werd in 1586 landsadvocaat (raadpensionaris) van het machtige gewest Holland. Toen na het sluiten van de wapenstilstand met Spanje (1609) de politieke conflicten in de Republiek hoog oplaaiden, was Van Oldenbarneveldt een van de hoofdrolspelers. Twistpunten waren de verhouding tussen kerk en staat, en bovenal de vraag hoe zelfstandig de gewesten waren. Van Oldenbarneveldt en het gewest Holland waren voorstander van grote zelfstandigheid. Prins Maurits was daar op tegen. In 1618 liet Maurits zijn tegenstanders arresteren. Van Oldenbarneveldt werd ter dood veroordeeld. Op 13 mei 1619 werd hij onthoofd. |
Oligarchie |
Een bestuursvorm waarbij de macht in handen is van een klein groepje vooraanstaande mensen. |
Oranjegezinden |
Aanhangers van de stadhouders. de benaming orangisten kwam op in de patriottentijd, de orangisten waren de tegenstanders van de patriotten. Voor 1789 werden de aanhangers van de stadhouder prinsgezinden genoemd, de tegenstanders staatsgezinden. Het ging hier om de tegenstelling binnen het regentendom. Bij de tegenstelling orangisten-patriotten waren veel grotere delen van de bevolking betrokken. |
Pacificatie van Gent |
Besluit tot vrede tussen alle Nederlandse gewesten met het doel de plunderende Spaanse soldaten te verdrijven en te protesteren tegen het Spaanse bewind. Alle 17 Nederlandse gewesten sluiten zich aaneen in 1576 tegen Spanje. Hield drie jaar stand. |
Pamflet |
Is een kort geschrift waarin de schrijver op een felle manier zijn standpunt naar voren brengt. |
Parma, hertog van |
Zoon van Margaretha van Parma (1545- 1592). Briljant militair en diplomaat, de meest kundige landvoogd die Filips II in de Nederlanden benoemd heeft. In 1579 werd hij meteen na de dood van Don Juan landvoogd en daarmee opperbevelhebber van de troepen. Hij zorgde voor politieke steun (Unie van Atrecht) en voor militaire successen (verovering van Maastricht in 1579, verovering van Vlaanderen, Brabant en verovering van het oosten en noorden van de Nederlanden. Hij was hard op weg de Opstand te breken, maar moest zich met de Armanda gaan bemoeien . In Maurits kreeg hij een geducht militaire tegenstander en de Staten generaal waren na deze levensgevaarlijke dreigingen meer bereid gezamenlijk op te treden. |
Partenrederij |
Een investeerder financierde een deel van de bouw van een schip, waardoor bij verlies van het schip, de verliezen niet zo groot waren. |
Particularisme |
Elk afzonderlijk gewest of stad regelde veel zaken op zijn eigen manier en op grond van zijn eigen belang. |
Patriotten |
'Patriotten' is de verzamelnaam voor al degenen die in de jaren tachtig van de 18de eeuw streefden naar een opleving van de Republiek in cultureel, politiek en economisch opzicht. Ze waren in alle lagen van de bevolking te vinden. Hun politieke tegenstander was de stadhouder, Willem V die de teloorgang van de Republiek symboliseerde. De voor de Republiek desastreus verlopen vierde Engelse Zeeoorlog (1780-1784) deed de kritiek op de stadhouder toenemen. In 1786 waren de spanningen zo hoog opgelopen, dat naar de wapens werd gegrepen. De burgeroorlog tussen de patriotten en de prinsgezinden 1781-1787(de medestanders van Willem V) werd in 1787 in het nadeel van de patriotten beslecht door een Pruisisch leger dat Willem V te hulp kwam. Vele patriotten vluchtten naar het buitenland. Radicalen onder de Patriotten vestigden met hulp van Frankrijk de Bataafse Republiek 1795-1806. |
Prins Maurits |
Zoon van Willen van Oranje en bekwaam legerleider |
‘Placcaet van Verlatinghe’ |
De zeven gewesten verenigd in de Unie van Utrecht verklaarden in 1581 dat ze Pilips II niet meer erkenden als landsheer. |
Raadspensionaris |
Hoogste staatsambt in de gewesten Holland en Friesland tijdens de Republiek. Secretaris van de Staten Generaal. Soort minister van Buitenlandse Zaken. Tijdens de Bataafse Republiek heette hij ook de 'landsadvocaat' en was hij belast met de uitoefening van de uitvoerende macht - een soort minster van justitie, defensie, buitenlandse zaken en binnenlandse zaken in één dus. |
Raad van Beroerten |
Werd ook wel Bloedraad genoemd (1567 – 1574). Was een speciale rechtbank door Landvoogd Alva ingesteld om de opstandige Nederlanden weer onder Spaans gezag te krijgen. Bekendste slachtoffers zijn de Graven van Egmont en Horne. |
Reformatie |
De periode waarin een protestbeweging op gang kwam tegen misbruik en de manier van geloven binnen de katholieke kerk. |
Regenten |
Gesloten elite van grotendeels uit de koopliedenstand voortgekomen families die onderling de belangrijkste en meest winstgevende bestuursfuncties verdeelden. Burgers die het bestuur van de Republiek in handen hebben. |
Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden |
De Noordelijke gewesten van de Nederlanden die zich in 1588 onafhankelijk maakten van het Spaanse Rijk. De Verenigde Nederlanden, bestaande uit de gewesten Gelderland, Holland, Zeeland, Utrecht, Overijssel, Friesland en Groningen. |
Smeekschrift der Edelen |
Aangeboden op 5 april 1566 aan Margaretha van Parma waarin werd gevraagd om de opheffing van de strenge vervolgingen van Protestanten en bijeenroeping van de Staten Generaal. |
Stadhouder |
Oorspronkelijk plaatsvervanger van de landsheer in de Nederlandse gewesten. Hij was bestuurder en legeraanvoerder. Na het Plakkaat van Verlatinghe (1581) werd de stadhouder de eerste dienaar van de Staten, aanvankelijk benoemd door de Staten Generaal en later door de gewesten. Aanvoerder van het leger van de Republiek. De stadhouder werd zelfs een soort vorst, die echter wel ondergeschikt was aan de soevereine gewesten. In het midden van de achttiende eeuw werd het stadhouderschap erfelijk en kreeg het steeds meer het karakter van een constitutionele monarchie. |
Stadhouderloze Tijdperk, Eerste |
Periode van 1650 tot 1672 in de Republiek waarin de macht van de Oranjes was gebroken en de regenten de dienst uit maakten. Willem de III was nog niet geboren toen zijn vader Willem de II in 1650 overleed. |
Stadhouderloze Tijdperk, Tweede |
Periode van 1702 tot 1747 in de Republiek waarin de regenten regeerden zonder Stadhouder. Na de dood van Willem de III in 1702 wilde men dat niet. Diens oorlogspolitiek had de Republiek uitgeput en de regenten en handelaren wilden een voorzichtige koers varen. |
Stapelmarkt |
Plaats waar goederen werden bewerkt en opgeslagen om te worden doorverhandeld. |
Tachtigjarige Oorlog |
Oorlog tussen Spanje en de Nederlandse gewesten waardoor de Republiek der Nederlanden ontstond. 1568-1648. |
Trafieken |
Kleine werkplaatsen die de overgang vormden van huisnijverheid naar de latere fabrieken en waar ruwe grondstoffen tot eindproducten werden bewerkt. |
Transmigranten |
Landverhuizers op doortocht. Ze kwamen meestal in dienst van de VOC of de WIC en vestigden zich in Azië of Amerika. |
Twaalfjarig bestand |
Bestand tussen de Republiek en Spanje waarin men voor twaalf jaar de oorlog opschortte (1609 -1621). |
Unie van Atrecht |
De zuidelijke gewesten die in 1579 de kant van Spanje kozen. |
Unie van Utrecht |
De zeven Noordelijke gewesten die in 1579 de strijd voerden tegen Spanje. |
Urbanisatie |
Verstedelijking, massale verhuizing van het platteland naar de stad. |
Urbanisatiegraad |
Hoeveel mensen er in steden wonen. |
Verenigde Oost-Indische Compagnie(VOC) |
(1602-1795).De onderneming, een bundeling van handelsorganisaties uit enkele Hollandse en Zeeuwse steden, voerde zowel handel in Azië als tussen Azië en Europa. Het bedrijf ontwikkelde zich tot de grootste handels- en transportonderneming ter wereld. De Nederlandse overheid gaf de VOC grote bestuurlijke bevoegdheden in Azië. De handelsonderneming, die het monopolie had van de handel met Azië stichtte de Nederlandse kolonie Oost-Indië. |
Verlichting |
Cultuurhistorische benaming voor het tijdperk van het rationalisme in de achttiende eeuw, waarin het verstand en de natuurwetenschappen het belangrijkste middel werden om de werkelijkheid om ons heen te verklaren. De Verlichting leidde ook tot een kritische beschouwing van alle bestaande tradities, religies en instituties en tot het ontstaan van nieuwe sociale, politieke en staatkundige ideeën, zoals democratie en de rechten van de mens. |
Voorbijlandvaart |
Goederen werden van exportland naar importland gebracht, zonder tussenkomst van de stapelmarkt in Amsterdam. |
Vrede van Munster |
In 1648 gesloten vrede tussen Spanje en de Noordelijke Nederlanden waarbij Spanje de Republiek erkende. De Zuidelijke Nederlanden bleven Spaans. |
Vroedschap |
Bestuur van een stad. |
Waterschappen |
Deze organisaties zorgden voor de aanleg en het onderhoud van dijken en voor het droog houden van polders. |
West - Indische Compagnie (WIC) |
De WIC (Westindische Compagnie) werd opgericht in 1621, na afloop van het twaalfjarig bestand in de oorlog tussen de Republiek en Spanje. Nu er geen bestandsovereenkomst meer gold, maakten de Nederlanders zich ogenblikkelijk op om de Spanjaarden en Portugezen van de Atlantische kusten van West-Afrika en Amerika te verdrijven. Men rekende op winstgevende handel, en zou tegelijk de Spaanse vijand beroven van zijn voornaamste inkomensbron. De WIC richtte zich op de verovering van Spaanse schepen, de productie en handel van Braziliaanse suiker en de Afrikaanse goud- en slavenhandel. De in Afrika gekochte slaven werden in Amerika verkocht. En met in Amerika gekochte goederen keerden de schepen naar Nederland terug (Driehoekshandel). |
Willem van Oranje |
Leider van de opstand tegen de Spanjaarden. Werd in 1584 vermoord. Wordt gezien als de Vader des Vaderlands. |
Willem III, stadhouder |
(1650 – 1702) Koning van Engeland Willem III van Oranje was de zoon van Willem III. Hij werd kort na de dood van zijn vader geboren. Dat hij deze ooit als stadhouder zou opvolgen was lang niet zeker. Na het overlijden van Willem II was namelijk besloten dat hij niet opgevolgd zou worden. Maar in 1672 (het Rampjaar toen de Republiek door Fransen en Engelsen werd aangevallen), keerden de kansen van Willem III. Er klonk een luide roep om een sterke man: Willem van Oranje. Na een tijdelijke aanstelling als bevelhebber van het leger volgde zijn benoeming tot stadhouder en opperbevelhebber van leger en vloot. De vijand werd weerstaan, mede dankzij Willems militaire en diplomatieke successen. Het was nog maar de aanzet tot het toppunt van zijn macht. |
Willem IV, stadhouder |
1711 -1751 Willem van Oranje Nassau was de zoon van de Friese stadhouder Johan Willem Friso die twee maanden voor de geboorte van zijn zoon bij het oversteken van het Hollands Diep was verdronken. Nadat Willem meerderjarig was geworden trad hij aan als stadhouder van Friesland, Groningen en Gelderland. Het stadhouderschap van de overige gewesten volgde in 1747 toen Franse troepen de Republiek bedreigden en, zoals vaak in een noodsituatie, er om een sterke man geroepen werd. Willem IV was de eerste stadhouder die stadhouder in alle gewesten was. Bovendien werd het ambt erfelijk gemaakt. Niet alleen in de mannelijke lijn, maar ook in de vrouwelijke lijn. |
Willem V; Stadhouder 1748 -1806 |
1748 -1806 Prins Willem V was de zoon van Willem V. In 1766 werd hij ingehuldigd als stadhouder. Het jaar daarop trouwde hij met Wilhelmina van Pruisen. Tijdens zijn bewind liepen de binnenlandse politieke spanningen hoog op. De Nederlandse nederlaag in de vierde Engelse zeeoorlog (1780-1784) was de aanleiding voor een heftige gewelddadige botsing met zijn Patriotse tegenstanders. Willem V werd als opperbevelhebber verantwoordelijk gehouden voor de nederlaag. Zijn macht werd tenslotte hersteld door een te hulp gesneld Pruisisch leger. Acht jaar later, in 1795, verliet hij het Haagse Binnenhof op de vlucht voor de revolutionaire Franse legers. Het was het einde van de Republiek. De Bataafse republiek ontstond. |
Witt, Cornelis de |
(1623 -1672) Cornelis de Witt was een vooraanstaand regent in het stadhouderloos tijdperk. Hij was gedeputeerde van de Staten-Generaal te velde. In die functie was hij namens de regering aanwezig bij militaire acties. Zo nam hij in 1667 deel aan de tocht naar Chatham in Engeland. In de zomer van 1672 werd Cornelis de Witt ervan verdacht tegen prins Willem III samen te zweren. Hoewel er te weinig bewijs was en de pijnbank geen bekentenis had opgeleverd, werd Cornelis de Witt veroordeeld tot levenslange verbanning. Toen zijn broer Johan hem in de gevangenis opzocht verzamelde zich een woedende menigte buiten voor de Gevangenenpoort. Zij sleepten de broers naar buiten en lynchten hen. |
Wit, Johan de |
(1625 - 1672) De advocaat Johan de Witt doorliep een glanzende carrière in de politiek. In 1653 werd hij benoemd tot raadspensionaris van het gewest Holland. Door zijn functie, bekwaamheden en relaties groeide hij in destadhouderloze periode uit tot de feitelijke regeringsleider. Een van De Witts successen was dat hij erin slaagde Engeland en Frankrijk tegen elkaar uit te spelen. Zijn val kwam toen beide grootmachten zich in 1672 samen tegen de Republiek keerden en de roep om de terugkeer van de stadhouder steeds sterker werd. De broer van Johan de Witt, Cornelis ook politicus, werd in Den Haag gevangen gezet en veroordeeld. Toen Johan hem ging bezoeken verzamelde zich buiten een opgehitste menigte. Deze sleurde de broers uit de Gevangenenpoort en bracht hen op gruwelijke wijze om het leven. |
Wisselbank |
Hier konden mensen hun geld veilig onderbrengen of wisselen tegen andere valuta. |
Wisselbrieven |
Waardepapieren die je bij een andere bank weer kan inwisselen voor het bedrag dat er op genoteerd stond. |
Zuidelijke Nederlanden |
Gebieden die na de vorming van de Republiek der Zeven Provinciën onder Spaans–Habsburgs bestuur bleven. Ook wel de Spaanse Nederlanden genoemd. Ongeveer het gebied wat nu België en Luxemburg is. |