Woordenlijst Feniks Overzicht Geschiedenis H 9 Vwo/Havo
Accommoderen | Mensen passen zich zo goed en zo slecht aan de ontstane situatie aan. |
Agressor | De aanvallende partij. |
Annexeren | Het in bezit nemen van land. |
Antisemitisme | Jodenhaat. |
Blitzkrieg | Een snelle gemechaniseerde oorlog. |
Brest-Litovsk, vrede van | In maart 1918 sloten de Russen deze vrede met de Duitsers. Deze kregen zo grote stukken land in handen en konden de troepen nu verplaatsen naar het Westfront. |
Dawesplan | De VS gaven in 1923 financiële steun (kortlopende leningen) aan Duitsland. Hiermee kon men de industrie weer opbouwen waardoor Duitsland in staat werd gesteld de herstelbetalingen te financieren uit de groei van de Duitse economie. |
Discontinuïteit | Een breuk in de geschiedenis. Voorbeeld: Nederland is altijd neutraal geweest tot het moment dat Duitsland in mei 1940 die neutraliteit schond. Na de oorlog koos Nederland voor het Westers bondgenootschap. |
Dollfuss | Kanselier van Oostenrijk. Werd door de nazi's vermoord. |
Duikbotenoorlog, onbeperkte | Duitsland besloot in de 1e Wereldoorlog elk schip d.m.v. zijn duikboten te torpederen. |
Einsatzgroepen | Speciale eenheden, die achter het Duitse leger optrokken en verantwoordelijk werden voor het vermoordden van duizenden Joden d.m.v. de kogel. |
Endlösung | 'De definitieve oplossing van het Joodse vraagstuk'. |
Geldontwaarding | Het minder waard worden van geld. De prijzen stijgen maar de lonen niet. Dat deed zich voor in West-Europa. |
Genocide | Volkerenmoord. |
Getto's | Afgesloten delen van steden waar Joden verplicht in werden opgesloten. |
Gleischaltung (Gelijkschakeling) | Elke vorm van publieke oppositie werd onmogelijk gemaakt en op cultureel gebied werden de nationaal-socialistische ideeën overheersend. |
Goebbels, Jozeph | Minister van propaganda in Nazi-Duitsland. |
Goelag-archipel | Gordel van concentratiekampen in de Sovjet-Unie waar tegenstanders van het regime naar toe werden verbannen en vaak omkwamen. |
Grote Depressie | Ontstond in de Westerse wereld na het ineenstorten van de beurs van Wall Street op 29 oktober 1929. De economie kwam in een dieptepunt terecht. |
Hatta | Medestander van Soekarno in de strijd om onafhankelijkheid van Nederlands-Indië. |
Holocaust | Engelse benaming voor de vernietiging van de Joden door de nazi's. Wordt ook wel Sjoa of Shoah genoemd. |
Hongerwinter | Terwijl in september 1944 het Zuiden van ons land bevrijd was, was de rest van ons land nog door de Duitsers bezet. Mensen leden door de schaarste aan voedingsmiddelen honger. Dertigduizend Nederlanders overleden erdoor. |
Indonesië | Het voormalige Nederlands-Indië. Verkreeg in 1949 de onafhankelijkheid. |
Interbellum | Tijdperk tussen de 1e en 2e Wereldoorlog. |
Invasie | Het binnenvallen van een land door een ander land. |
Isolationisme | De Verenigde Staten wensten na de 1e Wereldoorlog geen rol te spelen in de internationale politiek. behalve in de eigen achtertuin (Midden- en Zuid-Amerika). |
Koelakken | Naam van boeren in de Sovjet-Unie onder Stalin die enig bezit hadden. Tijdens de collectivisatie moesten ze dat bezit afstaan. Grote groepen Koelakken verdwenen in de Goelag-archipel. |
Lebensraum | Letterlijk levensruimte. Term gebruikt door Hitler waarbij hij stelde dat Duitsland in het Oosten levensruimte diende te zoeken. |
Massaproductie | Productie in grote hoeveelheden door gebruik te maken van een lopende band. |
Massavernietigingswapens | Wapens waarmee je een groot aantal mensen gelijktijdig kunt doden. Zoals gifgas, bombardementen op steden en de atoombom. |
'Mein Kampf' | Boek van Adolf Hitler waarin hij zijn ideeën opschreef. |
Militarisme | Het overwaarderen van militaire macht en alles wat daar mee samen hangt. |
Mobilisatie | Het oproepen van alle beschikbare soldaten in een land bij een oorlogsdreiging. |
Mussolini | Leider van het fascisme in Italië. |
Nationaal-socialisme | Duitse vorm van het fascisme die racistisch was. |
Nationalisme | Het streven naar de oprichting van een eigen nationale staat. |
Nieuwe Economische Politiek (NEP) | Economische politiek ingesteld door Lenin, na de burgeroorlog, om de economie te stimuleren (verkapte invoering kapitalisme). |
Pogroms | Vervolgingen van Joden. |
Röhm, Ernst | Leider van de Sturm Abteilung (SA). Werd in de Nacht van de Lange Messen (1934) in opdracht van Hitler vermoord. |
Satellietstaten | In naam een zelfstandige staat, die in werkelijkheid afhankelijk is van een machtig land. |
Soekarno | Leider van de nationalisten in Nederlands-Indië |
Totalitaire ideologieën | Maatschappij opvattingen zoals het communisme en het fascisme/nationaal-socialisme. |
Totalitaire systemen | In zo'n systeem controleert de staat het dagelijks leven van mensen bijna volledig en in vrijwel alle opzichten politiek, sociaal, economisch, cultureel, filosofisch en religieus. |
Verenigde Naties | Opvolger van de Volkenbond na de 2e Wereldoorlog. |
Vernietigingskampen | Onder andere Belzec, Chelmno, Treblinka, Sobibor en Auswitch waar de nazi's de besluiten van de Wanseeconferentie in praktijk brachten. |
Vijfjarenplannen | De Sovjetregering stelde economische doelen die in vijf jaar bereikt moesten worden. het accent lag vooral op de zware industrie. |
Volkenbond | Organisatie opgericht na de 1e Wereldoorlog met als doel oorlog te voorkomen. |
Wanseeconferentie | Hier werd op 20 januari 1942 door Nazi-Duitsland besloten om 11 miljoen Joden in Europa te vernietigen. |
Wapenwedloop | Elk land probeert meer en betere wapens te krijgen. |
Wilson, Woodrow | Prersident van de VS tijdens de 1e wereldoorlog en de opsteller van het 16-puntenplan in Versailles. |
Zyklon B. | Een chemisch middel, blauwzuurkristallen, die bij contact met zuurstof ontbranden tot een dodelijk gas. Werd door de nazi's gebruikt in de gaskamers van de vernietigingskampen. |