Woordenlijst SV Deel 3 H 6
Woordenlijst SV3 H6
Abolitionisme |
Het streven om slavenhandel en slavernij af te schaffen. |
Afrikaanders |
Afstammelingen van de Boeren in Zuid-Afrika. |
ANC(African National Congress) |
Anti-apartheidsbeweging in Zuid-Afrika. |
Apartheid |
Politiek systeem tussen 1948 en 1994 in Zuid-Afrika met een volledige scheiding tussen etnische groepen, overheerst door de blanken. |
Arowakken |
Volk van Indianen, oorspronkelijke bewoners van de Benedenwindse eilanden. |
Aruba |
Eiland in het Caribisch gebied, behorend tot het Koninkrijk der Nederlanden (status aparte). |
Bahasa Indonesia |
De nationale taal van Indonesië. |
Basja |
Zwarte opzichter van de slaven in Suriname. |
Benedenwindse eilanden |
Aruba en de Nederlandse Antillen Bonaire en Curacao. |
Boedi Oetomo(het schone streven) |
Vereniging opgericht door Javaanse, westers opgeleide bestuursambtenaren ter bevordering van de Javaanse cultuur. |
Boni's |
Groep marrons, genoemd naar hun leider Boni, die een guerrilla voerde tegen de blanken in Suriname. |
Boroboedoer |
Boeddhistische tempel uit de 9e eeuw op het Indonesische eiland Java. |
Bosnegers |
Afstammelingen van Marrons die leven van akkerbouw, visserij en jacht in door marrons gestichte dorpen in Suriname. |
Boven-Digoel |
Plaats in Indonesië waarnaar Indonesische nationalisten werden verbannen door de Nederlanders. |
Bovenwindse eilanden |
De Nederlandese Antillen Sint Maarten, Sint Eustatius en Saba. |
Caraïben |
Volk van Indianen, oorspronkelijke bewoners van de Bovenwindse eilanden. |
CARICOM |
Caribian Community, organisatie van samenwerking tussen Caribische staten. |
Decembermoorden |
Op 8 december 1982 werden in Suriname vijftien tegenstanders van legerleider Bouterse die na een staatsgreep de macht in Suriname in handen had, naar fort Zeelandia gebracht, mishandeld en vermoord. |
Desa |
Dorp, dorpsgemeenschap in Indonesië. |
Djoeka's |
Groep marrons in Suriname. |
Front van democratie en ontwikkeling |
Politieke partij in Suriname, waarin drie vroegere partijen op etnische grondslag samenwerkten. |
Geoctroyeerde Sociëteit van Suriname |
Eigenaar en bestuur van de kolonie Suriname(1682-1792), bestaande uit de WIC, de stad Amsterdam en een rijke particulier. |
Gouverneur-Generaal |
Hoogste Nederlandse bestuurder in Nederlands-Indië. |
Grote Trek |
Migratie in 1835 naar het noorden va Boeren in Zuid-Afrika die niet onder Engels bestuur wilden leven. |
Insularisme |
Het gevoel van de Antilianen dat ze meer bewoner van hun eiland zijn dan Antilliaan. |
Integratie |
Het opnemen van personen uit een ander land of cultuur in een samenleving. |
Junglecommando |
Kleine groep Bosnegers die, geleid door Ronnie Brunswijk in 1986 een guerrilla in Oost-Suriname begon. |
Kampong |
Dorp in Indonesië. |
Khoi-San |
Verzamelnaam voor Khoikhoi en San. |
Korps Zwarte Jagers |
Koloniaal leger in Suriname, bestaande uit slaven en blanken, dat de Marrons bestreed. |
Kostgronden |
Stukje grond dat slaven in Suriname van hun eigenaar kregen om voedsel op te verbouwen. |
Lalla Rookh |
Eerste schip dat in 1873 Brits-Indiërs naar Suriname bracht. |
Marron |
Slaven in Suriname die wegliepen en in het oerwoud van Suriname een leven in vrijheid opbouwden. |
Mataram (rijk) |
Éen van de oude Indonesische rijken (1600-1757). |
Matoeari's |
Een groep Marrons in Suriname. |
Middelburgse Commercie Compagnie |
Onderneming die slaven van Afrika vervoerde naar Suriname |
Modjopahit (rijk) |
Éen van de oude Indonesische rijken (1200-1527). |
Moederbond |
Grootste vakbond van Suriname. |
Monopolie |
Alleenrecht. De Republiek gaf de VOC en de WIC het recht als enige met een bepaald gebied handel te drijven. |
Muham-Madiyah(de weg naar Mohammed) |
Organisatie opgericht door Indonesische progressieve moslims. Spande zich in voor het onderwijs en welzijn, predikte de islam en bestreed het christendom en het plaatselijk bijgeloof. |
Multinational |
Bedrijven met vestigingen en werknemers verspreid over de hele wereld. |
Nationaal Democratische Partij(NDP) |
Surinaamse partij geleid door Desi Bouterse. |
Nederlands-Indië |
Zo noemden de Nederlanders Indonesië in de tijd dat het een kolonie van Nederland was. |
Nieuw-Amsterdam |
Nederlandse kolonie in Amerika, die geruild werd met de Engelsen tegen Suriname. De Engelsen gaven de naam New York aan Nieuw-Amsterdam. |
Nieuw Front |
Politieke partij in Suriname, voortkomend uit het Front voor Democratie en Ontwikkeling. |
Oranje-Vrijstaat |
Boerenrepubliek in Zuid-Afrika, later door de Engelsen ingelijfd bij de Kaapkolonie en Natal. |
Organisatie van Amerikaanse Staten(OAS) |
Samenwerkingsverband van staten op het Amerikaanse continent (Noord- en Zuid-Amerika). |
Pantjasila |
Officiële staatsleer van Indonesië. de vijf principes: God, nationaal bewustzijn, menselijkheid, sociale gerechtigheid en gemeenschappelijk overleg. |
Partai Kommunis Indonesia (PKI) |
Indonesische Politieke partij van de communisten (1920-1965). |
Partai Nasional Indonesia (PNI) |
Indonesische Politieke partij (nationalisten onder leiding van Soekarno (1927-1973). |
Pendidikan Nasional |
Indonesische Politieke partij onder leiding van Hatta en Sjahrir. |
Perhimpoenan Indonesia |
Indonesische studentenvereniging in Nederland. |
Politionele acties |
Benaming van twee militaire campagnes om in Indonesië het Nederlandse gezag te herstellen (1947-1948). |
Reïncarnatie |
Het opnieuw geboren worden van de ziel in een ander lichaam. |
San |
Volk van kleine mensen in het zuiden van Afrika levens van jagen en verzamelen. |
Sarekat Islam |
Eerste nationalistische Politieke partij in Indonesië. |
Sarnami |
De taal van de Hindoestanen in Suriname. |
Sharpville |
Berucht bloedbad in Zuid-Afrika. In Sharpville schoor de politie op demonstranten tegen de Apartheid; er vielen 69 doden. |
Sjarifoeddin, proclamatie van |
Verklaring van Indonesische communisten waarin zij Indonesië uitriepen tot een Sovjetstaat. |
Slametan |
Offermaaltijd bij de toetreding van een moslimjongen tot de moslim gemeenschap. |
Soevereiniteit van het volk |
Het recht van de bevolking een eigen regering te kiezen. |
Soevereiniteitsoverdracht |
Erkenning door de kolonisator dat een kolonie een onafhankelijke staat is geworden. |
Sranan Tongo |
Moedertaal van de Creolen in Suriname. |
Sriwijaya(rijk) |
Éen van de oude Indonesische rijken (600-1200). |
Staatsinrichting |
De manier waarop de staat is georganiseerd en bestuurd. |
Staatsnationalisme |
Het streven van regeringen om de bevolking van hun staat een nationaal gevoel bij te brengen. |
Staatstoezicht |
De verplichting van ex-slaven om met werkgevers een arbeidscontract af te sluiten. Dit Staatstoezicht duurde tien jaar. |
Standplaatsgebondenheid |
Alle ervaringen van een mens die van invloed zijn op zijn denken en handelen. |
Status Aparte |
De eigen positie van Aruba binnen het Koninkrijk der Nederlanden. |
Statuur voor het Koninkrijk der Nederlanden |
Document waarin de verhoudingen tussen de drie delen van het Koninkrijk Nederland werden vastgesteld. |
TNI |
Het leger van de Indonesische nationalisten |
Transvaal |
Boerenrepubliek in Zuid_Afrika, later door de Engelsen ingelijfd bij de Kaapkolonie en Natal. |
Verenigde Oost-Indische Compagnie(VOC) |
Grote handelsonderneming die het monopolie had van de handel met Azië; de VOC stichtte de Nederlandse kolonie Oost-Indië. |
Volksraad |
Bestuursorgaan in Nederlands-Indië sinds 1918. de gouverneur-generaal was verplicht deze raad advies te vragen bij de belangrijkste beslissingen. |
Vrede van Breda |
Vrede, in 1667 gesloten tussen de Republiek en Groot-Brittannië, waarbij bepaald werd dat Suriname Nederlands bezit zou worden in 'ruil' voor Nieuw Amsterdam (New York). |
Vrijgelatenen |
Slaven die van hun eigenaars de vrijheid kregen. |
Waarheidscommissie |
Commissie in Zuid-Afrika, die onder leiding van bisschop Tutu de waarheid over geweldsdaden tijdens de Apartheid onderzocht, zonder daarover echt te spreken. |
Wayang |
Indonesisch spel met verschillende soorten poppen. |
West-Indische Compagnie (WIC) |
Grote handelsonderneming tijdens de Republiek, had het monopolie van de handel met Amerika, deed ook aan kaapvaart en slavenhandel. |
Wisi-man |
iemand die volgens Bosnegers in Suriname door zwarte magie iemand anders ziek kan maken. |
Xhosa |
Afrikaans volk. |
Zeelandia(fort) |
Fort bij Paramaribo, de hoofdstad van Suriname. |
' Zwiepen' |
Omschrijving, gebruikt door Nederlandse militairen tijdens de politionele acties om alle Indonesiërs die zij zagen tijdens het doorzoeken van een kampong dood te schieten. |